Al het genetisch materiaal van onze moeder en vader zit opgeslagen in chromosomen.
Iedereen heeft 22 paar dezelfde soort chromosomen en 1 paar dat bepaalt of je een meisje of een jongen bent, namelijk de geslachtschromosomen X of Y.
Of het een XX (meisje) of een XY (jongen) wordt, wordt bepaald door het voorplantingsmateriaal in het sperma.
Vanuit de menselijke historie zijn er altijd een tikkie meer jongens geboren.
Dit kan evolutionair verklaard worden uit het feit dat mannen een riskanter leven hebben en bij oorlogen en rampen vaker sneuvelen en dat zodoende de verhouding vrouwen-mannen weer recht getrokken wordt.
Ten tijde van langdurige stress, zoals in WOI en WOII worden er meer meisjes geboren. Ook na de enorme aardbeving van 1995 in Japan en na de aanslagen op de Twin Towers in 2001 bleek dat het geval.
Van de 100 baby’s zijn er 51 jongens en 49 meisjes. Inmiddels hebben wetenschappers een deel van de biologische verklaring gevonden.
Eerder werd ervan uitgegaan dat bij jongens de bevruchting jongens een streepje voor hadden, maar onderzoekers van het wetenschappelijk instituut Fresh Pond in Cambridge ontdekte dat de m/v-verhouding dan nog gelijk is.
Pas tijdens de zwangerschap sterven er meer meisjes dan jongens.
De Britse en Amerikaanse onderzoekers maakten gebruik van gegevens over miskramen, abortussen en embryo’s uit KI, vruchtwaterpuncties en chromosomenonderzoek.
In de eerste week na de conceptie sterven er meer mannelijke embryo’s, maar van de 10e t/m 15e week juist meer vrouwelijke.
Tegen het einde van de zwangerschap er sterven opnieuw weer meer jongens dan meisjes. Al met al overleven er toch iets meer jongens dan meisjes de 9 maanden in de buik van de moeder.
Lees ook:Rijke vrouwen baren zonen, arme vrouwen krijgen dochters
Lees ook:Waarom meisjes veel eerder volwassen zijn dan jongens
Lees ook:Paren met slechte relatie krijgen vaker dochters dan zoons
Lees ook:Een gevaarlijk boek voor jongens
Lees ook:Vrouwen met dochters worden ouder dan vrouwen met zonen
