Sinds ik weer een hond heb, wandel ik weer. In mijn eentje vond en vind ik daar geen klap aan. Omdat het een nog een jonge, groot exemplaar is, leg ik weer vele kilometers af. Of het nou ‘s ochtends, ‘s middags, ‘s avonds of desnoods ‘s nachts is (ik ben weleens laat thuis): mijn Flip heeft er niet om gevraagd, dus hup, samen in de benen.
Het nemen van een hond kan de oplossing zijn tegen overgewicht en aanverwante ziekten. Ook is wandelen goed in de strijd tegen dementie. Dit wordt ook wel ‘Het Lassie Effect’ genoemd. Maar dan moet het wel een grote hond zijn, ontdekten wetenschappers van de universiteit van Liverpool. Zij bestuurden gedurende 10 jaar 629 gezinnen met honden.
40% van de baasjes laat de hond niet dagelijks uit voor een wandelingetje. Vooral kleinere honden worden voor de poep en de plas vaak even de tuin ingelaten. Mensen met een grotere blaffer zijn eerder geneigd een blokje om te gaan. Daarbij gaan mensen die geloven dat een wandeling de gezondheid en het plezier van hun dier (en zichzelf) goed doet, er eerder op uit. Zij zijn ook degenen die de sterkste band ervaren met hun kwispelende viervoeter.
Onderzoekster Carri Westgarth: “Het is belangrijk om te weten wanneer mensen hun hond wel dagelijks uitlaten en wanneer niet. Wandelen kan een langdurig effect hebben op het uithoudingsvermogen en andere fysieke activiteiten en het wordt in verband gebracht met het terugdringen van hart- en vaatziekten, waaronder ook vasculaire dementie valt.”
En herinnert u zich deze nog? De enige echte film-Lassie uit 1943!
Lees ook:Met de hond op mannen- of vrouwenjacht!
Lees ook:Honden met mannelijke baasjes zijn agressiever dan die met een bazin
Lees ook:Mensen met honden zijn toch socialer
Lees ook:Geen honden en baby’s achterlaten in de auto met deze warmte, nog geen minuut!
Lees ook:Relatie tussen mens & hond bestaat veel langer dan gedacht
